Iemand die – anoniem of onder pseudoniem – met opzet berichten op internet plaatst om zo onrust te zaaien. Zoals verkondigen hoe prettig roken is op een niet-rokersforum. Een beroemdheid afkraken op een fansite, of, minder onschuldig: provocerende meningen over bijvoorbeeld homoseksualiteit als 'waarheid' plaatsen. Het advies op internet luidt: negeer de internettrol en plaats een waarschuwing op de site dat er een trol actief is.
De trol heeft een eeuwenoude slechte reputatie. In de noordse mythologie is het een reusachtig demonisch wezen, en in sprookjes een kwaadaardige dwerg. Daar sluit het gebruik van het woord internettrol dan ook bij aan. De Nederlandse Wikipedia legt verband het Engelse werkwoord troll, dat verwijst naar vissen waarbij de buit wordt gevangen met een lokvisje achter de boot. En afgeleid van deze vistechniek, wordt ook een Amerikaanse techniek om luchtdoelraketinstallaties uit te schakelen, aangeduid met dit werkwoord troll.
Het begrip internettrol, kortweg trol, gaat in het Nederlands al zeker vijf jaar mee en is inmiddels een gevestigd begrip. Net als equivalenten in andere talen: zoals het Japanse tsuri en het Koreaanse naksi. Beide woorden betekenen 'vissen' en kennen dezelfde uitleg als onze internettrol. Iemand die na het reageren op een misleidende post beseft dat hij trolslachtoffer is, beschrijft zichzelf als 'gevangen vis'.
Bronnen:
47/2012
Kijksluiter, toetsenbordterrorist en weigerpensionado: dagelijks komen er nieuwe woorden bij in het Nederlands. In de rubriek Neologisme van de week bespreken we elke week een actueel nieuw woord.
Neologisme gevonden?
Meld het ons via het formulier