Nog
naamloos
dorp
gaat
groeien
.
De
Wieringermeer
krijgt
er
een
vierde
dorp
bij
:
Wieringerwerf
.
Van
einder
tot
einder
strekt
zich
het
jonge
land
,
dat
binnen
het
tijdsbestek
van
twintig
jaar
tot
tweemaal
toe
op
de
zee
werd
veroverd
.
In
Augustus
zal
op
feestelijke
wijze
het
feit
worden
herdacht
,
dat
twee
decennia
geleden
de
Wieringermeer
van
water
land
is
geworden
,
waarmede
toen
eigenlijk
de
eerste
mijlpaal
was
bereikt
op
de
weg
,
welke
leidt
naar
de
drooglegging
van
de
Zuiderzee
.
Deze
herdenking
spreekt
zó
sterk
tot
de
verbeelding
van
hen
,
die
van
her
en
der
naar
dit
wel
uiterst
platte
plekje
Nederland
zijn
getrokken
,
om
hier
,
in
het
nieuwe
land
een
bestaan
te
vinden
,
dat
zij
spontaan
het
garantiefonds
van
ruim
veertig
duizend
gulden
hebben
voltekend
,
opdat
het
feest
doorgang
kan
vinden
.
Dit
is
echter
niet
het
enige
bewijs
dat
het
jonge
land
de
liefde
van
zijn
bewoners
heeft
verworven
.
Die
diepe
genegenheid
sprak
sterker
nog
,
toen
een
tot
waanzin
gedreven
bezetter
de
dijk
deed
opblazen
,
waardoor
alles
wat
door
noeste
arbeid
was
verworven
werd
verwoest
.
De
zee
heroverde
het
terrein
;
de
gestage
golfslag
beukte
de
gebouwen
in
elkaar
;
het
water
deed
al
wat
er
groeide
verstikken
.
Onder
de
bewoners
waren
er
,
die
hardnekkig
op
de
vluchtterp
vluchtten
zijn
gebleven
,
om
dadelijk
bij
de
hand
te
zijn
,
als
de
bevrijding
zou
zijn
aangebroken
.
En
toen
het
zo
ver
was
,
kwamen
de
anderen
met
bootjes
en
vletjes
dwars
over
het
verdronken
land
gevaren
,
want
men
vond
het
vanzelfsprekend
,
dat
men
hier
terug
zou
keren
.
De
dijk
werd
gedicht
en
de
grond
kwam
opnieuw
in
cultuur
.
Er
waren
geen
bedrijfsgebouwen
en
geen
woningen
meer
.
Geen
nood
.
Men
huisde
,
dicht
opeengepakt
aan
de
andere
kant
van
de
dijk
en
kwam
iedere
dag
twintig
,
dertig
,
soms
veertig
kilometer
ver
fietsen
,
om
het
werk
te
doen
.
In
April
1945
werd
de
wandaad
gepleegd
,
in
December
van
hetzelfde
jaar
was
de
Wieringermeer
weer
droog
,
in
September
1946
was
het
puin
geruimd
en
thans
zijn
de
dorpen
grotendeels
herbouwd
.
De
grond
is
overal
weer
in
cultuur
en
de
wekelijkse
beurs
in
Middenmeer
is
geworden
tot
een
geregelde
,
zeer
belangrijke
gebeurtenis
,
waar
agrarische
zaken
worden
afgesloten
,
lang
niet
alleen
voor
de
Wieringermeer
.
maar
voor
de
gehele
kop
van
Noord-Holland
,
zelfs
komen
reeds
meer
boeren
uit
Friesland
en
Groningen
op
Woensdag
naar
Middenmeer
overgewipt
,
om
zaken
te
doen
.
En
de
beursruimte
,
waarin
men
ruim
duizend
mensen
kan
bergen
dreigt
te
klein
te
worden
.
(
deel
mist
)
vastgehouden
,
maar
dat
hij
er
toch
in
is
geslaagd
,
een
dorp
te
ontwerpen
,
dat
een
volkomen
landelijk
karakter
draagt
en
de
indruk
wekt
van
ruimte
.
Evenwijdig
aan
de
vaart
is
een
brede
straat
ontworpen
,
waaraan
vrij
ver
uit
elkaar
drie
kerken
liggen
.
Elke
kerk
is
het
dominerende
gebouw
in
een
eigen
kern
,
bestaande
uit
scholen
,
een
verenigingsgebouw
,
een
consultatiebureau
,
enz.
De
drie
kernen
zijn
gescheiden
door
woningen
,
welke
om
ruime
terreinen
gegroepeerd
liggen
,
welke
terreinen
in
kleine
kavels
zullen
worden
verdeeld
,
ten
behoeve
van
de
bewoners
.
Aan
de
overzijde
van
de
weg
ligt
in
het
midden
een
groot
pand
dat
als
café
gedacht
is
.
Ter
weerszijden
zijn
winkelpanden
ontworpen
.
Ook
aan
deze
zijde
van
de
weg
zijn
groepen
woningen
gedacht
,
behalve
aan
de
Zuidzijde
,
waar
een
sportveld
en
een
speelterrein
komen
.
Dit
laatste
sluit
aan
bij
de
gymnastiekschool
.
Tegenover
deze
velden
komen
vrijstaande
villa's
,
bestemd
voor
de
notabelen
.
Meer
naar
de
vaart
toe
zijn
aan
dezelfde
dwarsweg
middenstandswoningen
ontworpen
.
In
de
Oostelijke
hoek
,
bij
de
vaart
komt
een
bescheiden
industrieterrein
aan
een
loswal
.
Voorts
is
er
rekening
mee
gehouden
,
dat
de
behoefte
zal
bestaan
aan
kleine
woningen
voor
ouden
van
dagen
.
Om
het
dorp
zal
een
gordel
van
groen
worden
aangelegd
van
wisselende
hoogte
.
De
vraag
of
het
dorp
grotendeels
in
montagebouw
zal
worden
gemaakt
is
nog
niet
definitief
beantwoord
.
Heeft
men
geen
tegenslag
,
dan
hoopt
men
in
1951
met
de
bouw
van
het
dorp
te
kunnen
beginnen
.
Maar
reeds
heeft
zich
een
smid
gemeld
,
die
nu
vast
voor
eigen
rekening
in
dit
nog
naamloze
dorp
wil
gaan
bouwen
.
En
in
dit
jonge
land
,
zo
bruisend
van
ondernemingslust
,
en
kokend
van
werkdrift
,
vindt
men
een
dergelijk
staaltje
van
durf
en
vertrouwen
niet
eens
bijzonder
.
Laat
hij
daar
maar
vast
in
zijn
eentje
in
zijn
smederij
gaan
zitten
.
Eer
het
drie
jaar
verder
is
,
woont
hij
er
midden
tussen
zijn
klanten
,
zegt
men
en
men
wijst
daarbij
vol
overtuiging
op
de
barre
vlakte
.
De
Wieringermeerders
zien
voor
hun
geestesoog
het
dorp
al
kant
en
klaar
liggen
.
Zij
zullen
het
wel
rooien
.