Iedereen wil uniek zijn. En veel mensen streven er naar om zich te onderscheiden in wat ze doen. Wanneer je dan te horen krijgt “dat er van jou wel dertien in een dozijn gaan”, dan is het tijd om eens kritisch naar jezelf te kijken. Of om de realiteit onder ogen te zien dat je ook maar een van de velen bent. En dat gold ook voor de dozijnwerker.
Dozijn = 12, 13 of 36 + 3
Oorspronkelijk gebruikte je het rekenkundig correcte twaalf in een dozijn om erop te wijzen dat iets of iemand niets bijzonders was. Algauw deed men er een schepje bovenop en werd het dertien in een dozijn, bij sommigen zelfs zesendertig, af en toe nog uitgebreid met verbindingen als en nog eens drie op de koop toe.
Dozijnwerk
Om middelmatigheid of gebrek aan kwaliteit aan te geven had je vroeger niet alleen de uitdrukking twaalf of dertien in een dozijn, je smeedde net zo makkelijk nieuwe samenstellingen waarbij dan dozijn- het eerste deel was. Zo had je het over dozijnwerk of dozijngoed voor zaken of producten die slechts zeer middelmatig of simpelweg ondermaats van kwaliteit waren en de persoon die voor dit minderwaardige spul verantwoordelijk was, was een dozijnwerker. Een dozijndichter was iemand die alleen onbeduidende of kreupele verzen schreef, dozijnvrienden kon je beter links laten liggen en iemand van adel moest zich niet inlaten met dozijnpersonen (‘personen uit het gewone volk’).
Vakbekwame dozijnwerkers
Maar niet alles wat in grote hoeveelheden gemaakt wordt is middelmaat of kwalitatief beneden peil. In oude teksten komt dozijnwerk ook voor als neutrale term, zonder de bijgedachte aan minderwaardigheid. Dozijnwerk geeft dan aan dat het niet om unieke stukken gaat, maar om vakkundig geproduceerd seriewerk. Aansluitend bij dit gebruik kan met dozijnwerker dus ook een bekwame vakman van seriewerk bedoeld worden, iemand die bij zijn dozijnwerk misschien geen exclusiviteit nastreeft maar wel altijd kwaliteit levert en zich verre houdt van middelmatigheid.
- twaalf, dertien (+ drie op de koop toe) of zesendertig in een dozijn in het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT)
- dozijngoed, dozijnwerk in het WNT
- dozijndichter, dozijnvriend, dozijnpersoon in het WNT
- dozijnwerker in het WNT
- dozijnwerker in een 17de-eeuwse schildershandleiding
Zie ook: Woorden voor Rembrandt, een gelegenheidswoordenboekje met 17de-eeuwse schilderstermen