Soms kan de taal je bedonderen. Er zijn namelijk woorden die de vorm hebben van een voltooid deelwoord, maar dat niet zijn. Woorden als gespierd of gemanierd zijn niet gevormd op basis van een werkwoord – wat normaal het geval is bij voltooid deelwoorden – maar op basis van de zelfstandig naamwoorden spier en manier. Je zou ze fopdeelwoorden kunnen noemen, of pseudo-deelwoorden. En als je echt interessant wilt doen, dan noem je dit fenomeen circumfigering.
Niet alleen woorden met ge– vallen hieronder. Ook behaard, bejaard en verduveld zijn fopdeelwoorden; de werkwoorden haren, jaren en duvelen bestaan niet.
Fopdeelwoorden ontmaskeren
Er is een gemakkelijke manier om deze fopdeelwoorden te ontmaskeren: in bijzinnen kunnen ze onmogelijk na de persoonsvorm voorkomen. Vergelijk bijvoorbeeld ‘ik zie dat je broer is gespierd’ met ‘ik zie dat je broer is behandeld’. Het is wel duidelijk welk van de twee je voor het lapje houdt!