Vleien en mooipraterij, het is allemaal heel menselijk. Het zoeken in de historische woordenboeken naar alle woorden die ‘vleier’ betekenen, levert dan ook een lange lijst op: we krijgen niet minder dan 45 resultaten. Vleiers zijn van alle tijden, maar de aanduidingen ervoor die komen en gaan.
Een van die verdwenen vleierbenamingen is oorschalk (orescalc), een samenstelling van oor en schalk, dat oorspronkelijk ‘knecht, dienaar’ betekende. Een oorschalk is dus een ‘orendienaar’, iemand die een ander vertelt wat die graag wil horen. Naast de orescalc kende het Middelnederlands ook het synoniem oghescalc, iemand die een ander voorspiegelt wat diens ogen willen zien.
Wat vleiers en mooipraters vertellen is meestal weinig waard. Ook proberen ze hun doel te bereiken door anderen in een slecht daglicht te stellen. Zowel orescalc als oghescalc betekent dan ook niet alleen ‘vleier’, maar ook nog ‘slechte raadgever’ en ‘kwaadspreker’.