Stel, je zit gezellig met wat vrienden bij elkaar en iemand beweert dat het onmogelijk is om het woord nadenken te gebruiken als je van tevoren ergens over denkt. Dat leidt al snel tot een verhitte discussie, met als kernvraag: verwijst het woordje na in nadenken naar de betekenis ‘volgend op’ of ‘later dan’ of niet?
Volgens het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) moet nadenken worden opgevat als ‘in zijn gedachten nagaan’. Het WNT schrijft dat het bijwoord na in veel samenstellingen gebruikt wordt in de betekenis ‘achter iemand’ of ‘achter iets’. Dit zien we vooral in werkwoorden die een beweging uitdrukken (nagaan, najagen, nalopen, nastreven, nazenden), in werkwoorden die een geluid uitdrukken waarmee men iemand als het ware achtervolgt (nabassen, nabauwen, nablaffen, naroepen) en in werkwoorden die een handeling uitdrukken waarmee iemand iets “nagaat”, iets onderzoekt (nacijferen, nadenken, nameten, narekenen, nakijken, navragen, nazien).
Onderzoekend, intens en nauwkeurig
Heeft het WNT hierin eigenlijk wel gelijk? In een woord als nagenoeg bijvoorbeeld, heeft het bijwoord na geen temporele betekenis, maar betekent het ‘nauwkeurig’. Nacijferen, nameten, narekenen, navragen, deze woorden bevatten allemaal een betekenis als “onderzoeken of een gegeven klopt”. Maar nadenken heeft die betekenis juist niet. Je kunt nadenken over iets zonder te hoeven kijken of een bestaande opvatting daarover al dan niet klopt. Nadenken is intens denken, niet ‘herdenken’. Het is dus goed mogelijk dat nadenken moet worden opgevat als ‘nauwkeurig denken’ en niets te maken heeft met na in de betekenis ‘in de tijd volgend op’. Van tevoren over iets nadenken is dus geen enkel probleem.