Computationele lexica zijn gestructureerde datasets met woorden en informatie over die woorden, bedoeld om door een computerprogramma gebruikt te worden. De informatie die in een computationeel lexicon te vinden is, hangt af van het doel waarvoor het lexicon wordt ingezet.
Voorbeelden van informatie die wordt geboden in een computationeel lexicon zijn: lemmata en woordsoort, paradigma-informatie, valentie-informatie, uitspraakinformatie, informatie over afbreekplaatsen van woorden, morfologische informatie, semantische informatie, etc.
Computationele lexica bestaan er zowel voor het hedendaags als voor het historisch Nederlands. Als bron voor de lexica worden er meestal corpora gebruikt (grote verzamelingen van geschreven of gesproken teksten), maar soms ook andere lexica, of wetenschappelijke woordenboeken met citatenmateriaal.