Categorieën
15eeuwen

Zoeken in woordenboeken

Zoek in 15 eeuwen Nederlands in de woordenboeken van het Instituut voor de Nederlandse Taal.

Trefwoorden voor: vluchtleiding [18]

ANW 1970-heden [8]

1.0.
de eerste vijf boeken van de Bijbel (Genesis tot en met Deuteronomium), ook als heilige boeken van het joodse geloof.
de vijf continentenverbinding
1.0.
Afrika, Amerika, Australië, Azië en Europa.
1.0.
iemand die of iets wat aan dermate uitzonderlijke kwaliteitseisen moet voldoen dat hij of het waarschijnlijk niet bestaat.
vijf decemberverbinding
1.0.
sinterklaasfeest.
vijf negendetelwoord
0.0.
vijf tiendetelwoord
0.0.
vijf zesdetelwoord
0.0.
vijf zevendetelwoord
0.0.

WNT 1500-heden [5]

vijf("vijf")telwoord (hoofd.), zelfstandig naamwoord
I.
Eig. Het getal of aantal dat, resp. de hoeveelheid die één meer is dan vier.
I.1.
Zuiver attrib. met een znw. verbonden.
I.2.
Met weglating van het znw., waar dit reeds genoemd is, of uit het verband voldoende blijkt wat bedoeld is.
I.3.
Als zelfst. telw.
I.4.
In verb. met andere telw., zelfst. en bijv.
II.
Metonymisch.
II.1.
Als naam van een aanduiding van het getal, de hoeveelheid, waarde (enz.) vijf, of wat dit vertegenwoordigt.
2.
In eenige zegsw.
3.
Achter een znw. geplaatst of vóór den naam van een maand met de bet. van een rangtelw.
4.
Overdr. Wat den vorm heeft van een cijfer vijf. Gewest. in het Zuiden als ben. voor een winkelhaak (scheur), die aan een Romeinsche V doet denken (RUTTEN [1890]; V. D. HEIJDEN, Zittesjen A.B.C. [1927]; DORREN [1928])).
vijfendertigste("vijf en dertigste")telwoord (rang.)
.
Zie hetgeen is gezegd bij VIER EN DERTIGSTE.
vijfentwintigste("vijf en twintigste")bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord (onzijdig)
I.
Bnw., als rangtelw.
II.
Znw. onz., mv. -n. Elk van 25 gelijke deelen waarin iets verdeeld is of kan worden.
vijfhonderd("vijf honderd")telwoord, zelfstandig naamwoord
I.
Telw. Vijfmaal honderd.
I.1.
Attributief.
I.2.
Met weglating van het bepaalde woord.
I.3.
Als zelfst. telw.
I.4.
Metonymisch.
vijf("vuuf")
.
Zie VIJF.

MNW 1250-1550 [3]

vijf("vijf")telwoord
.
Vijf. Voc. Cop. vive, quinque; een vive, quinarium; van vijf jaren, quinquennus (l. quinquennis); tijt van vijf jaren, quinquennium; ghetalvan viven, quinarium; vijf hellinghe, quinquessis. Kil. vijf, vijve, quinque. Plant. vijf ofte vijve, cincq; vijf int getal, quini; dat vijf inhoudt ofte van vijven is, contenant cinq, de cinq; den tijt van vijf jaren; de vijf boecken Moysi(s), pentateuchus.
.
Met een genitief.
.
In den verbogen naamval.
.
Een vive, een lid van dat college.
.
Te Dordrecht was eveneens een college van vijf mannen, maar met eene andere bevoegdheid.
vijf, vijftluen("vijftluen")
.
vijf("vive")

VMNW 1200-1300 [1]

vijf("vijf")telwoord
.
vijf.
I.
Als getal Vijf.
I.1.
Vijf.
I.2.
Als getal ter aanduiding van de plaats in een volgorde.
I.3.
Als getal ter aanduiding van eenheden in de kalender. (Zie ook twee onder I 3).Zie ook twee onder I..
II.
Zelfst. Aantal of hoeveelheid van vier plus één.
II.1.
Vijf.
II.2.
Met diverse voornaamwoorden.
II.3.
Met een voorzetsel.
III.
In de woordgroep Hoeveelheid of aantal één groter dan vier.
III.1.
Vijf.
III.2.
Als deel van de woordgroep.
III.3.
In verbinding met zaken waarvan er vijf, niet meer en niet minder, zijn.
III.4.
In verb. met half.
III.5.
Als deel van een toponiem.

ONW 500-1200 [1]

vijf("fīf")telwoord  bepaald, hoofd
1.
Vijf.


Zoektips

Via de zoekbox kunt u zoeken naar woorden en woordbetekenissen, maar ook in de woordenboeken afzonderlijk.

WoordenboekAfkortingPeriode
Oudnederlands WoordenboekONW500-1200
Vroegmiddelnederlands WoordenboekVMNW1200-1300
Middelnederlandsch WoordenboekMNW1300-1500
Woordenboek der Nederlandsche TaalWNT1500-1976
Algemeen Nederlands WoordenboekANW1970-heden

Wilt u weten…

  • Welke woorden eindigen op ’toerisme’? Dan typt u: *toerisme. Resultaat: ‘massatoerisme’, ‘bermtoerisme’, enz.
  • Welke woorden beginnen met ‘zoet’? Dan typt u: zoet*. Resultaat: ‘zoetwateraquarium’, ‘zoetekauw’, enz.
  • Of er woorden zijn zoals ‘haak’, maar dan met een andere klank dan ‘aa’? Dan typt u: h??k. Resultaat: ‘hoek’, ‘hurk’, enz.

Ga voor uitgebreid zoeken naar de Historische Woordenboeken online.