September is spinnenmaand. Wie bang is voor spinnen, kan best niet al te veel rondkijken. Hoewel, eigenlijk zijn er evenveel spinnen als in andere maanden, alleen zien we ze meer omdat ze in de paringstijd zijn en mannetjes dan op zoek gaan naar wijfjes. Welke namen krijgt dit ‘angstaanjagende’ beestje met zijn acht poten?
Spinnen
De spin heet in een groot oostelijk en noordelijk deel van de Nederlandse dialecten gewoon spin of spinne. Het is waarschijnlijk het oudste woord voor de spin. De oorsprong van het woord vind je in het werkwoord spinnen ‘draden spannen’. Dat is immers wat de spin doet: hij spint een web. Niet alleen spin, ook allerlei samenstellingen met spin worden gebruikt om het diertje te benoemen.
Kobben
Op de kaart van de Database van de Zuidelijk-Nederlandse Dialecten (DSDD) is te zien dat spin vaak gecombineerd wordt met kop(pe) of kobbe. Spinnekop komt voor in het centrum van het taalgebied, maar ook in het uiterste westen van Frans-Vlaanderen. En op een kaart van het hele Nederlandse taalgebied zie je het woord ook in het noordoosten tussen Zwolle en Arnhem opduiken. Koppespin en varianten vind je in Oost-Vlaanderen en Zeeland. In een groot deel van Frans-, West- en Oost-Vlaanderen is spin weggevallen, en blijft enkel kop(pe)/kobbe over. Kop verwijst naar het bolvormige lichaam van de spin, ontstaan uit een grondwoord dat de betekenis ‘welven, buigen’ heeft.
Caressant, vrijer en liefste
In sommige regio’s wordt een spin wonderlijk genoeg ook vrijer, caressant en liefste genoemd. Zo lief vinden de meesten deze beestjes niet. Cornelissen en Vervliet schrijven in hun Antwerps Idioticon dat een spin schertsend vrijer wordt genoemd “door de vrouw of de dochters des huizes” als ze een spin ergens in huis aantreffen. “Daar hangt m’ne’ vrijer”, wordt dan gezegd. Caressant is een ander woord voor een vrijer, een lief. En als dat lief je liever is dan anderen, dan wordt hij of zij je liefste, natuurlijk. Maar deze namen komen toch heel zelden voor in vergelijking met spin, koppe of een samenstelling met deze woorden. En waarom ze zo genoemd worden, is niet echt duidelijk.
Hoer
Een andere naam die tot de verbeelding spreekt, zeker als je weet dat vrijer en caressant ook namen zijn voor onze geliefde achtpoter, is spinhoer. Het woord is in gebruik in het zuidoosten van de provincie Antwerpen. De herkomst van spinhoer vind je ook alweer bij het spinnenweb. Hoer in deze samenstelling is waarschijnlijk hetzelfde woord als hor, een naam voor vlechtwerk. Denk maar aan het hor dat je in een raam zet om vliegen en andere insecten (ook spinnen) buiten te houden. Een web is eigenlijk gevlochten draadwerk.
- Dialectwoorden voor spin in de Database van de Zuidelijk-Nederlandse Dialecten (DSDD)
- Zoek spin en varianten in de elektronische Woordenbank van de Nederlandse Dialecten (eWND) en woordenbank.be
- spin in de etymologiebank.nl
- spin in het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT)
- Zoek spin in de Kaartenbank
- Blancquaert, E. ( 1929), De Nederlandsche dialectnamen van de spin, den ragebol en het spinneweb. In: Handelingen van de Commissie voor Toponymie & Dialectologie 3. p. 209-228 (met 3 kaarten)
- Blancquaert, E. en Pée, W. (en hun studenten) ( 1933), De Nederlandsche dialectnamen van de spin, den ragebol en het spinneweb. In: Handelingen van de Koninklijke Commissie voor Toponymie & Dialectologie 7. p. 329-43 1 (met 3 kaarten)
- Van Keymeulen, J. (1999), De benamingen voor de spin in de zuidelijk-Nederlandse dialecten. Cyberlemma SPIN
- Van Keymeulen, J. (2007), De benamingen voor de spin in de zuidelijk-Nederlandse dialecten. In: Van Mensen en Dingen, V, 3-7, p. 175-182