Op vrijdag 26 januari 2024, tijdens het symposium ‘Taal tot op de bodem’, ontving prof. dr. Nicoline van der Sijs de Matthias de Vriespenning. Deze penning wordt bij hoge uitzondering uitgereikt aan een taalkundige die zich zeer verdienstelijk heeft gemaakt voor de taalwetenschap en de lexicologie in het bijzonder.
Het symposium werd georganiseerd ter gelegenheid van het officiële afscheid van Nicoline van der Sijs van het Instituut voor de Nederlandse Taal (INT). Ze werd toegesproken door verschillende collega’s van binnen en buiten het instituut over haar werk en grenzeloze enthousiasme, en wat die voor invloed hebben op het vakgebied en op de mensen om haar heen.
Taal tot op de bodem
INT-directeur Frieda Steurs overhandigde de penning: “Een feestelijke dag zoals deze is een uniek moment om je even in het zonnetje te zetten, en hoe kunnen we dat beter doen dan door terug te grijpen naar Matthias de Vries, de oervader van onze woordenboeken en de grondlegger van een grote traditie waarop wij verder bouwen. Daarom besloten we je de Matthias de Vriespenning te overhandigen, een penning die alleen wordt uitgereikt aan uitzonderlijke talenten die een grote verdienste hebben voor de Nederlandse taalkunde en specifiek voor de semantiek en het lexicon. Het randschrift dat we voor jou bedacht hebben is ‘Taal tot op de bodem’, vandaar ook het thema van deze middag.”
De penning
De zilveren penning is een kleine versie van de plaquette op de gevel van het voormalige woonhuis van De Vries aan het Rapenburg in Leiden. Vroeger werd de Matthias de Vriespenning al uitgereikt door het Matthias de Vriesfonds: een stichting die bijna veertig jaar geleden werd opgericht met als doel het bevorderen van de Nederlandse lexicologie in het algemeen. In 2017 heeft het Instituut voor de Nederlandse Taal deze traditie in ere hersteld en reikte het de penning uit aan dr. Frans Debrabandere. In 2018 ontving prof. dr. Jacques Van Keymeulen de penning, gevolgd door prof. dr. Dirk Geeraerts in 2020.