Wie stout is, krijgt volgens een bekend sinterklaasliedje de roe. Die uitspraak geldt misschien voor kinderen, ouders komen al jaren goed weg met het bedrog dat aan het sinterklaasfeest kleeft. Want (kinderen, oren dicht) Sint Nicolaas bestaat niet! Toch komen we op de heiligenkalender van heiligen.net bij 6 december Sint-Nicolaas’ naam tegen. Er is volgens de overlevering namelijk in de 4e eeuw na Christus een bisschop van Myra geweest die Nicolaas heette en heilig werd verklaard vanwege de vele wonderen die hij verrichtte. Een Sint die niet op de heiligenkalender staat is Sinte Lors, die in 16e- en 17e-eeuwse teksten geregeld opduikt. Waarom heeft deze vrouwelijke heilige zich dan geen plaats weten te verwerven?
Bedrog
Het antwoord is heel eenvoudig. Sinte Lors of Sinte Lortse heeft in tegenstelling tot Sinterklaas nooit bestaan. Net zoals de nog steeds bekende Sint-Juttemis is zij een zogenaamde imaginaire heilige; Sinte Lors was vroeger een personificatie van het bedrog.
Haar naam heeft zij ontleend aan het werkwoord lorsen, een jongere vorm van het Middelnederlandse lortsen. Oorspronkelijk betekende dat werkwoord ‘leuren met iets’, ‘venten’, maar gaandeweg verschoof de betekenis naar ‘knoeien’, ‘oneerlijke praktijken doen’. Nog later kreeg het ook de betekenis ‘op krediet kopen’. Meer in het bijzonder gebruikte men lorsen om een vorm van bedrog aan te duiden waarbij men iets op krediet aanschaft, niet van plan is het later daadwerkelijk te betalen, maar het aangeschafte onmiddellijk verkoopt.
Kaars
Voor een verkoper is het zaak op zijn tellen te passen als iemand Sinte Lors een kaars ontsteekt. In zijn tweedelige spreekwoordenboek (1726-1727) geeft Carolus Tuinman als betekenis bij deze zegswijze “dat is te lorssen en borgen, zo lang Jan Credit niet dood, en de kerfstok geen yzer geworden is”. Met andere woorden, deze koper blijft net zolang zaken op de pof aanschaffen totdat hij niet langer kredietwaardig wordt bevonden of in de boeien is geslagen!
Behalve met een heilige – Sinte – bracht men de personificatie van het bedrog ook in verband met een hooggeplaatste, voorname dame: een bedriegster heette dan spottend Vrouw Lors. Volgens een 16e-eeuwse tekst was zij de moeder van Sint Reinuit, een eveneens denkbeeldige beschermheilige voor hen die door dronkenschap of tegenspoed al hun bezittingen verloren hebben. Waren zij maar zoet geweest, dan hadden ze van de echte Sint iets lekkers gekregen.