Op 6 januari gaat de kerstboom de deur uit. Maar 6 januari is ook de dag waarop katholieken en protestanten Driekoningen vieren. Volgens de overlevering kwamen op die dag drie wijzen of koningen uit het oosten de pasgeboren Jezus in Bethlehem bezoeken en aanbidden. Ze hadden zich daarbij laten leiden door een heldere ster aan de hemel.
Tot in de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw was het heel gewoon dat je rond 6 januari kinderen in de straten zag lopen, in groepjes van drie, verkleed als kleine koningen en met een stok in de hand waaraan een ster vastgemaakt was. Soms kon die ster zelfs draaien wanneer er aan een touwtje getrokken werd. De kinderen gingen de huizen langs en kregen wat geld of snoep in ruil voor het zingen van driekoningenliedjes.
In de middeleeuwen kende men het feest vooral onder de prozaïsche naam dertiendach, omdat het driekoningenfeest inderdaad op de dertiende dag na Kerstmis viel. Een andere term voor dertiendach was dertienmis. En met het vieren van het feest begon men meestal al op dertienavond, de avond vóór 6 januari.
Het vieren van Driekoningen is nu in onbruik geraakt en de oude benaming dertiendag is al eeuwen uit onze taal verdwenen. Maar het verhaal over de kraamvisite van de oosterse koningen is nog altijd goed bekend. Zo weet iedereen wel dat bij een traditionele kerststal ook de figuren van de drie koningen en hun kamelen horen. Grote meesters als Jeroen Bosch, Jan Steen, Rembrandt en Rubens hebben het bezoek op hun schilderijen afgebeeld. En er is natuurlijk ook nog de hilarische scène uit Monty Python’s Life of Brian waarbij de koningen hun geschenken eerst bij de verkeerde baby afleveren.
- Dertiendag in het Middelnederlandsch Woordenboek
- Dertienmis in het Middelnederlandsch Woordenboek en het Woordenboek der Nederlandsche Taal
- Dertienavond in het Vroegmiddelnederlands Woordenboek en het Woordenboek der Nederlandsche Taal