Het onterecht verhogen van productprijzen met een smoesje dat die verhoging nodig is om bijvoorbeeld economische of politieke redenen.
Smoesflatie is gevormd uit smoes en inflatie en het is waarschijnlijk een leenvertaling van het Engelse excuseflation. Excuseflation werd bedacht door journalisten Tracy Alloway en Joe Weisenthal en in Nederlandse media duikt de afgelopen weken de vertaling smoesflatie af en toe op. Koen Haegens legt in De Groene Amsterdammer uit hoe vertroebelend smoesflatie is: “Klanten zijn het zicht kwijtgeraakt op wat een normale prijs is. Wordt de kaas bij Albert Heijn duurder door stijgende loonkosten, een hogere energierekening, de oorlog in Oekraïne? Of maakt de supermarktketen misbruik van alle verwarring?”
Woorden op –flatie komen de laatste jaren veel voor in het Nederlands. Taalkundige Camiel Hamans wijdt hier deze week zelfs een hele column aan in NRC, met als kop: “Met -flatie kan veel: van inflatie tot eduflatie, smoesflatie en nog zo wat.” Een ander, vrij nieuw woord eindigend op –flatie is graaiflatie, volgens Van Dale ‘inflatie die wordt aangewakkerd door ondernemingen die de kostenstijging van grondstoffen, productiemiddelen en arbeid volledig doorberekenen aan de consument om hun winst op peil te houden’. En vandaag de dag leven we ook in tijden van krimpflatie ‘vorm van inflatie (geldontwaarding) waarbij de prijs van producten niet in absolute zin stijgt, maar de inhoud of het gewicht ervan wordt verminderd’. Jouw zak chips lijkt misschien niet zo duur, maar je hebt ’m wel veel sneller leeg.
Bronnen:
De Groene Amsterdammer, 19 april 2023
NRC, 7 mei 2023