Categorieën
Uit de streek

vessem

Met de zon verschijnen ook de blote ‘vessems’ in Vlaams-Brabant en het zuidoostelijke deel van de provincie Antwerpen.

Het was een mooie zomerdag afgelopen weekend. Plots zag je weer blote schouders en blote benen. Hier en daar had een durfal al sandalen aangetrokken, en zag je blote vessems. Maar wat is een vessem en waar wordt het woord gebruikt?

Dialectkaart hiel in de Database van de Zuidelijk-Nederlandse Dialecten (DSDD)

Kort van verzen

Vessem wordt gebruikt in Vlaams-Brabant en het zuidoostelijke deel van de provincie Antwerpen. Dat is ook duidelijk te zien op de kaart van de Database van de Zuidelijke Nederlandse Dialecten (DSDD). Het is een dialectwoord voor de hiel. Vessem is een samentrekking uit verzenen, dat ‘hielen’ betekent. Het enkelvoud is verzen. Het woord is verwant aan het Latijnse perna dat ‘been’ of ‘dij’ betekende.  Dat verzen kwam nog voor in de Statenbijbel en moet vroeger dus veel ruimer verspreid zijn geweest. Nu komt het behalve in het hogergenoemde gebied immers nergens meer voor.

De verzen worden ook vaak in uitdrukkingen gebruikt. In de DSDD vinden we kort van verzen voor ‘bits’, ‘lichtgeraakt’ of ‘wrevelig’. In het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) staan ook nog verschillende uitdrukkingen zoals zijn verzenen laten zien, iets uit zijn verzen slaan, enzovoort.

Ves of vers

In Limburg en een deel van Noord-Brabant overheerst het woord ves. Eigenlijk is het vers, maar de r wordt vaak niet uitgesproken. En de s wordt er ook vaak als sj uitgesproken, je hoort er dus ook vesj. Natuurlijk is dit ves, vesj of vers ook ontstaan uit het eerdergenoemde verzenen. Verzen – de enkelvoudsvorm van verzenen – werd in deze regio als een meervoudsvorm gevoeld vanwege de eind -en, waardoor vers als enkelvoudsvorm kon ontstaan. Iets gelijkaardigs is ook aan de hand met tee en teen of schoe en schoen. Ook de klinker verandert wel eens; hier en daar hoor je dus vars. Dat is ook blijven hangen in gereedschapsnamen zoals het varsmes of de varshaak die dient om aan de binnenkant van de klomp de hak glad te maken.

Hielen en hakken

De meest gebruikte woorden om de hiel te benoemen, zijn net zoals in het Nederlands hiel en hak, zoals te zien is op de dialectkaart. Hiel wordt beschouwd als het oudste woord. Het lijkt op het Engelse heel. De meeste etymologen denken dat het afgeleid is van een ouder woord *hanh gecombineerd met een achtervoegsel -il. Dit -il vind je eveneens in enkel. Ook hak wordt herleid tot dit basiswoord, maar het heeft een andere klankevolutie doorgemaakt. In een groot deel van het taalgebied worden beide vormen ook vaak door elkaar gebruikt. In de standaardtaal gebruiken we hiel voor het lichaamsdeel en hak voor het onderste deel van de schoen. In het noordoosten is hak of hakke echter de enige vorm in de dialecten daar; in het zuidwesten (Vlaamse dialecten) is enkel hiel bekend.


Meer lezen